Woonzorgcentrum Mariakerke












Het nieuw WZC Zuidbroek in Mariakerke wordt ontworpen in een landschappelijk waardevolle omgeving: rechtover het kasteelpark Claeys Bouüaert, nabij het park de Groene Velden en in een nog goed herkenbaar slagenlandschap. Een ander kenmerkend gegeven is het schaalverschil tussen de kleine woningen en de 2 grotere volumes (het appartementsgebouw en de serre) in de onmiddellijke omgeving.
De inplanting van het nieuwe gebouw speelt in op deze karakteristieken: de ontworpen gebouwen worden zo geclusterd en gepositioneerd dat ze aansluiten op de grotere volumes en er zoveel mogelijk open landschap en doorzicht wordt gevrijwaard; door het gebouw plaatselijk op te tillen wordt het bestaande doorzicht over het terrein nog versterkt; de bestaande sloten met knotwilgen, de struwelen en het uitgestrekte grasveld worden opgenomen in het nieuwe ontwerp.
De volumetrie van het gebouw is zo ontwikkeld dat alle delen van het gebouw omringd worden door het landschap. Het meest noordelijke deel is 4 bouwlagen hoog, wat overeenstemt met de hoogte van de bestaande appartementsgebouwen in de omgeving. Het meest zuidelijke volume is 3 verdiepingen hoog en laat hierdoor zonlicht vallen centraal tussen de 2 volumedelen.
Zowel het ontwerp van de eigen woning als van de gedeelde woning vertrekt vanuit het personaliseren van de ruimte en het maximaliseren van het thuisgevoel. De eigen woning in het zorgcentrum is een verdere ontwikkeling van de kamer die voor het WZC in Oudenaarde is ontworpen: de 8-vormig gelede ruimte tussen badkamer en buitenruimte maakt verschillende sferen mogelijk en vermijdt het stereotiepe beeld van een ziekenhuiskamer met een bed in het midden. De eigen buitenruimte kan terras of wintertuin zijn.
De wand tussen de woning en de gang varieert in functie van de ligging: ter plaatse van de patio's is deze wand zo royaal mogelijk beglaasd en kan een gordijn desgewenst voor de nodige privacy zorgen; op de andere plaatsen is het een gesloten wand met een deur die lichtjes verdiept wordt geplaatst. Beide ingrepen zorgen ervoor dat de gang nooit als een monotone sequens van kamerdeuren wordt ervaren.
We kozen voor een opdeling en verspreiding van de gemeenschappelijke verblijfsruimte van een leefgroep in een aantal plaatsen met een verschillend karakter en een andere functie: dicht bij de circulatie, met zicht op de directe omgeving en de va-et-viens rond het gebouw ligt de eetkamer; op een hoek van het gebouw, met royaal zicht op het verre landschap, het park, de weide komt telkens het salon; zonder het verre uitzicht maar knus aan de patio, ligt een derde ruimte die bij goed weer helemaal kan opengezet worden en waar je op een aangename manier, samen met anderen van de buitenlucht kunt genieten. Op die manier wordt de gemeenschappelijke verblijfsruimte geen grote, neutrale ruimte maar wel een combinatie van kamers op schaal van het wonen.